Wetsvoorstel
Het wetsvoorstel bepaalt niet alleen dat voorgestelde minimumtarief, maar moet er tevens voor zorgen dat zzp’ers met een uurtarief van € 75 of hoger een zelfstandigenverklaring kunnen aanvragen. Op die manier wordt onzekerheid bij opdrachtnemer en opdrachtgever weggenomen; de zzp’er weet in dat geval zeker dat hij als zelfstandige wordt aangemerkt door de belastingdienst.
Minimumbeloning zelfstandigen
De minimumbeloning van € 16 per uur moet tevens voorkomen dat zzp’ers onder de armoedegrens komen met hun inkomsten. Dit minimumtarief omvat geen directe kosten of omzetbelasting. Het is aan de zzp’er om vooraf een juist inschatting van de uren te maken voor de werkzaamheden. De opdrachtgever echter moet controleren of de zzp’er een redelijke inschatting heeft gemaakt en of hij op die manier aan het minimumtarief komt.
Blijkt na afloop van de werkzaamheden dat de geoffreerde uren te laag waren ingeschat, dan verschuift het ondernemersrisico naar de opdrachtgever. De opdrachtgever zal de zzp’er een hogere vergoeding moeten betalen zodat het minimumtarief van € 16 per uur wordt betaald.
Boetes
Voldoet de opdrachtgever niet aan zijn verplichtingen of kan hij niet aantonen dat hij daaraan heeft voldaan, dan riskeert hij een (hoge) boete. Het wetsvoorstel stelt op een overtreding begaan door de opdrachtgever een boete van ten hoogste € 83.000.
Standpunt KVGO
Het KVGO is van mening dat een minimumtarief van € 16 per uur voor zzp’ers niet het gewenste effect zal hebben. Daarbij wordt de administratielast van de opdrachtgever ten onrechte verzwaard en daar komt bovenop dat de boetes per overtreding onevenredig hoog zijn. Deze argumenten zal het KVGO namens haar leden naar voren brengen in de internetconsultatie.
Internetconsultatie
Tot 9 december 2019 bestaat voor iedereen de mogelijkheid te reageren op dit wetsvoorstel